Zes veelvoorkomende gietfouten: oorzaken en preventiemethoden (deel 2)
In dit vervolg bespreken we nog drie veelvoorkomende gietfouten en de oorzaken ervan. Ook bespreken we preventiemethoden om fouten in uw gieterijprocessen te helpen verminderen.
4. Barst (warme barst, koude barst)
Kenmerken: Scheuren in gietstukken kunnen recht of onregelmatig gebogen zijn. Warme scheuren hebben doorgaans een donkergrijs of zwart geoxideerd oppervlak zonder metaalglans, terwijl koude scheuren een schoner uiterlijk hebben met een metaalachtige glans. Buitenscheuren zijn vaak met het blote oog zichtbaar, terwijl binnenscheuren geavanceerdere detectiemethoden vereisen. Scheuren verschijnen vaak bij binnenhoeken, dikteovergangen of waar de gietstijgbuis aansluit op de warme gietstukken. Scheuren gaan vaak gepaard met andere defecten, zoals porositeit en slakinsluitsels.
Oorzaken:
- • Bij het gieten van metaalmallen ontstaan sneller scheuren omdat de mal niet flexibel is. Hierdoor koelt het materiaal snel af en ontstaat er meer spanning in het gietstuk.
- • Als u de mal te vroeg of te laat opent, of als u de mal vanuit een verkeerde hoek giet, kan er spanning ontstaan.
- • Dunne verflagen of scheuren in de malholte kunnen ook bijdragen aan scheuren.
Preventiemethoden:
- • Zorg voor gelijkmatige overgangen in de wanddikte van het gietstuk om spanningsconcentraties te verminderen.
- • Pas de dikte van de coating aan voor gelijkmatige koelsnelheden en minimale spanning.
- • Controleer de temperatuur van de metalen mal, pas de malhelling aan en beheer de kernkraaktijden voor optimale koeling.
- • Gebruik een geschikt malontwerp om interne scheuren te voorkomen.
5. Koude afsluiting (slechte fusie)
Kenmerken: Koud dichten manifesteert zich als naden of oppervlaktescheuren met ronde randen, wat wijst op een gebrekkige versmelting. Ze komen vaak voor aan de bovenwand van het gietstuk, op dunne horizontale of verticale oppervlakken, op de overgang van dikke en dunne wanden, of op dunne panelen. Ernstige koud dichten kunnen leiden tot onvolledig gietwerk, wat leidt tot structurele zwakheden.
Oorzaken:
- • Slecht ontworpen uitlaatsystemen in metalen mallen.
- • De bedrijfstemperaturen zijn te laag.
- • Onvoldoende of slechte kwaliteit van de coating, hetzij veroorzaakt door menselijke fouten, hetzij door het gebruik van inferieure materialen.
- • Verkeerd geplaatste lopers.
- • Langzame gietsnelheid.
Preventiemethoden:
- • Ontwerp een goed ventilatiesysteem en een goede afvoer om voldoende ventilatie te garanderen.
- • Gebruik geschikte coatings met voldoende dikte om een constante koeling te garanderen.
- • Verhoog indien nodig de bedrijfstemperatuur van de matrijs.
- • Gebruik schuine gietmethoden voor een betere stroming.
- • Houd rekening met mechanische trillingen tijdens het gieten van metaal om defecten te verminderen.
6. Blaar (zandgat)
Kenmerken: Blaren zijn relatief regelmatige gaten op het gietoppervlak of aan de binnenkant, die lijken op zandkorrels. Deze kunnen zichtbaar zijn aan het oppervlak, waar u vaak zanddeeltjes kunt verwijderen. Meerdere zandgaten kunnen het oppervlak een sinaasappelschilachtige textuur geven, wat wijst op onderliggende problemen met de zandkernen of de malvoorbereiding.
Oorzaken:
- • Het oppervlak van de zandkern kan korrels afstoten, die zich in metaal nestelen en gaten veroorzaken.
- • Onvoldoende kernsterkte van het zand, verschroeiing of onvolledige uitharding kunnen leiden tot blaren.
- • Zandkernmaten die niet bij elkaar passen en de buitenvormmaten kunnen ervoor zorgen dat de zandkern wordt verbrijzeld.
- • Schimmel die in zand, grafiet en water onderdompelt, kan oppervlakteproblemen veroorzaken.
- • Wrijving tussen zandkernen en gietpannen of gietkanalen kan zandverontreiniging in de gietholte veroorzaken.
Preventiemethoden:
- • Zandkernen vervaardigen volgens strikte processen en de kwaliteit regelmatig controleren.
- • Zorg ervoor dat de afmetingen van de zandkern en de buitenmal overeenkomen om pletten te voorkomen.
- • Maak grafietwater direct schoon om besmetting te voorkomen.
- • Verminder de wrijving tussen de gietpannen en de zandkernen om verontreiniging van het zand te voorkomen.
- • Maak de malholtes grondig schoon voordat u de zandkernen plaatst, zodat er geen losse zanddeeltjes achterblijven.
Voor meer informatie over gietfouten en andere gieterijoplossingen kunt u contact met ons opnemen via info@dinsenmetal.comWij helpen u graag met uw gietbehoeften en adviseren u over het verminderen van defecten in uw productieprocessen.
Plaatsingstijd: 30-04-2024